Inleiding

Thema Grieken en Romeinen

 

Tijdvak 2 begint 3000 v. Chr. en duurt tot het begin van de middeleeuwen, 550 n.Chr. Het is de tijd van de Grieken en Romeinen. Je bestudeert dan ook de antieke Griekse beschaving en de verschillende aspecten van het Romeinse Rijk. Daarnaast is er aandacht voor de verspreiding van het christendom en de Germaanse cultuur.. 

Genoeg te doen. Aan de slag!

Leerdoelen

 

Aan het eind van het thema kun je

  • uitleggen wat het verschil is tussen een mythologische en een rationeel-wetenschappelijke verklaring van de wereld.
  • vergelijken wat de verschillen en overeenkomsten zijn tussen de Atheense democratie en de huidige vorm van democratie in Nederland.
  • voorbeelden noemen van de Griekse en Romeinse bouwkunst en beeldhouwkunst.
  • voorbeelden herkennen van de uitwisseling van de Grieks-Romeinse bouwkunst en de Germaanse cultuur.
  • beschrijven hoe het christendom ontstond.
  • de leer van het christendom in hoofdlijnen beschrijven.
  • in eigen woorden uitleggen hoe het christendom zich in het Romeinse Rijk kon verspreiden.
  • illustreren hoe het christendom zich in Europa verspreidde.